Verlies je ook veel tijd bij het analyseren van data in Google Analytics? Heb je ook het idee dat je er veel meer uit kunt halen? Zoek je echt handige tips en een werkwijze om snel de juiste data uit Google Analytics te krijgen? Lees dan snel verder. We hebben in dit blog de meest voorkomende verbeterpunten verzameld een geven je 13 tips om snel meer met Google Analytics te kunnen doen.
Tip 1: Zoekopdrachten meten
Veel websites hebben een zoekfunctie, vooral als de website wat groter is, is dit een belangrijk hulpmiddel in de navigatie voor de bezoekers. Uiteraard is het dan interessant om inzicht te krijgen waar jouw bezoekers naar zoeken. Je kunt dit instellen op weergaveniveau bij ‘Instellingen voor dataweergave’. Hier vul je de parameter in die wordt gebruikt bij een zoekopdracht. Om hier achter te komen kun je zelf een zoekopdracht uitvoeren, vervolgens zal de URL in de browser veranderen. Vaak is de parameter een s of een q, dus www.domein.nl/?s=zoekopdracht. Soms is er andere implementatie, waarbij er geen parameter wordt gebruikt, dan zal je hulp nodig hebben van je ontwikkelaar.
Tip 2: Google Tagmanager correct implementeren
Google Analytics, maar ook andere marketingtools gebruiken scripts om metingen te verrichten. Je kunt deze scripts dan stuk voor stuk op je website zetten. Sommige scripts wil je alleen op bepaalde pagina’s en de scripts hebben vaak nog verschillende mogelijke instellingen. Je ziet, dit kan aardig complex worden en voor elke toevoeging of aanpassing zal je dan naar de website beheerder toe moeten. Een alternatief is het implementeren van Google Tag Manager. Hiermee plaats je eenmalig een script op de website, welke vervolgend alle andere script kan inladen. Voordeel is dat je hierbij allerlei filters en voorwaarden kan instellen waardoor implementatie eenvoudiger en overzichtelijker wordt. Let wel op! Als je de overstap gaat maken, vergeet eventuele oude scripts niet te verwijderen anders zit je met een dubbele implementatie. Hierdoor kun je met onbruikbare gegevens komen te zitten. Een groot voordeel van Google Tagmanager is de voorbeeldmodus, hiermee kun je eerst testen of je instellingen doen wat je ervan verwacht, voordat het live wordt gezet voor alle bezoekers.
Tip 3: Google Search Console koppelen
Google search console biedt een schat aan informatie over de organische prestaties van je website op Google zoeken. Hoewel Google Search Console een eigen interface heeft met filtermogelijkheden die zeer de moeite waard zijn, kun je de data ook inzichtelijk maken in Google Analytics. Hiervoor dien je een koppeling aan te maken tussen de twee diensten.
Onder Property-instellingen tref je button naar de instellingen aan. Vervolgens kun je klikken op toevoegen. Heb je al toegang tot de Search Console gegevens met hetzelfde account? Dan is de koppeling snel gelegd. Zo niet, dan dien je eerst het eigendom van het domein te verifiëren. Staat Google Tag Manager of Google Analytics al correct op de website en heb je beheerdersrechten dan is dit doorgaans heel eenvoudig en wordt je door de stappen begeleid.
Tip 4: Google Ads koppelen
Adverteer je via Google Ads? Dan wil je natuurlijk weten wat die bezoekers op je website doen. Hiervoor kun je koppeling tussen Google Ads en Analytics leggen, waardoor je gegevens over advertentieklikken te zien krijgt in je rapporten.
Op propertyniveau kies je voor ‘Google Ads koppelen’, vervolgens op de rode button ‘+ nieuwe gekoppelde groep’. Heb je met hetzelfde account toegang tot beide producten, dan kun je hier het Google Ads account selecteren. Vervolgens kun je Selecteren welke weergaven je wilt je wilt koppelen, doorgaans wil je hier je master weergave instellen.
Is de koppeling geslaagd? Dan kun je eventueel in Google Ads nog zaken uit Google Analytics importeren, zoals weergave data (bouncepercentage, enz), doelen en/of transactiedata en doelgroepen.
Tip 5: Verwijzingsuitsluitingen (bijvoorbeeld voor betaalproviders)
Deze functie is vaak nodig in e-commerce situaties. Stel je voor de bezoeker volgt deze stappen: Klik op een Goolge Ads advertentie > Voegt product toe aan winkelmandje en gaat afrekenen > iDeal pagina van de bank > bedanktpagina. Op die bedanktpagina wordt de transactie naar Google Analytics verzonden. Hierbij wordt het domein van de bank genoteerd als verwijzer van deze transactie, maar uiteraard wil je dat hier de klik op de advertentie de credits krijgt voor de bestelling. Hiervoor kun je verwijzingsuitsluitingen instellen, zodat deze tussenstap bij het afrekenen wordt genegeerd.
Op propertyniveau klik je op ‘Trackinginfo’ en ‘Lijst met verwijzingsuitsluitingen’, hier kun je vervolgens de domeinen toevoegen die je wilt negeren.
Tip 6: Inkomend campagne verkeer taggen
Wil je bezoekersverkeer op je website kunnen onderscheiden naar herkomst dan ontkom je er niet aan om je campagnes en eventueel andere bronnen te taggen met extra informatie. In de basis ontvangt Google Analytic de bron van waaruit wordt geklikt als deze klik vanuit de browser plaatsvindt. Dus een klik vanuit Google zoeken levert de bron = google.nl op. Gebruik je Google Ads, dan stuurt deze automatisch campagne gegevens mee. De bron is dan nog steeds google.nl, maar met medium = cpc weet Google Analytics dat het om een betaalde klik gaat en niet om een organische bezoeker. Wil je ook andere bronnen kunnen onderscheiden, dan dien je deze informatie meet te sturen. Hiervoor bestaan de UTM codes. Je URL ziet er dan als volgt uit: www.domein.nl/landingspagina?utm_source=facebook&utm_medium=cpc&utm_campaign=campagne. Een makkelijke tool voor het aanmaken van deze URL’s met campagne tagging vind je hier: https://ga-dev-tools.appspot.com/campaign-url-builder/
Tip 7: Gebruik filters (inclusief voorbeelden)
Als je data gaat analyseren wil je dat deze van uitstekende kwaliteit is. Meestal wil je bijvoorbeeld bepaalde zaken er niet in hebben, zoals eigen bezoeken. Maar het kan ook zijn dat je een specifieke weergave wil maken, waarin bijvoorbeeld alleen betaalde bezoekers uit Google Ads zichtbaar zijn. Hiervoor kun je filters instellen. Dit gebeurt op weergaveniveau.
Klik hiervoor op Filters en vervolgens op ‘+filter toevoegen’. Hier kun je kiezen voor het uitsluiten van specifiek verkeer of het toestaan van specifiek verkeer. Vaak gebruikte filters zijn voor het uitsluiten van eigen verkeer door het IP-adres in te vullen. Maar filters kunnen complexer worden en je kunt meerdere filters instellen, waarbij de volgorde invloed kan hebben op het resultaat. Een goede tip is dan om het filter eerst toe te voegen aan een test weergave en te kijken of het resultaat is wat je verwacht. Filters zijn namelijk onomkeerbaar, omdat deze worden toegepast vóórdat de data wordt opgeslagen in Google Analytics.
Tip 8: Segmenten maken en opslaan
Een segment is een subset van je data in Google Analytics. Dat wil zeggen dat uit 100% van je gebruikers een segment kan worden gemaakt met bijvoorbeeld gebruikers afkomstig uit een specifiek kanaal (enkel betaalde gebruikers) of een segment van alle gebruikers die minimaal 2 keer je website hebben bezocht.
Je kan kiezen uit een set bestaande segmenten (door Google Analytics gedefinieerd) of segmenten maken op basis van je eigen voorwaarden. Klik hiervoor op ‘+Segment toevoegen’ boven in je dashboard.
Tip 9: Aangepast rapport maken voor 404 pagina’s
Een 404-pagina, oftewel een foutpagina, komt tevoorschijn als je een pagina probeert te bereiken die niet (meer) bestaat. Met de aangepaste rapporten van Google Analytics is het mogelijk om deze 404-pagina’s op te sporen.
- Klik op Aanpassing linksboven in de navigatie
- Klik op Aangepaste rapporten
- Klik op Nieuw aangepast rapport
- Klik op +Nieuw aangepast rapport
- Geef het rapport de titel 404-pagina’s en geef de naam onder rapporttablad dezelfde naam
- Kies bij type Platte tabel
- Kies bij dimensies Bestemmingspagina
- Kies bij statistieken Sessies
- Kies bij filters Paginatitel
- Kies bij het filterveld de paginatitel van jouw 404 pagina
- Klik op Opslaan
Tip 10: Account organisatie (meerdere weergaven voor 1 website)
Bij het aanmaken van Google Analytics maakt Google Analytics standaard een ruwe data weergave. Dat wil zeggen: een weergave zonder enige vorm van filters of andere aanpassingen. Instellingen die je toepast op je Google Analytics wijzigen de gegevens permanent voor elke dag waarop ze worden toegepast. Dus als je bijvoorbeeld een typefout maakt in je filter, betekent dit dat een deel van je gegevens mogelijk verkeerd verzameld wordt en je dit niet kunt herstellen.
Hierdoor is het essentieel om verschillende weergaves te maken:
Raw data (ongefilterde data): Op deze manier heb je altijd in beeld hoe je data eruit ziet zoals ze worden verzameld op de website. Dit is niet per se de meest correcte of bruikbare data
Test weergave (bedoeld voor testdoeleinden): Deze weergave is bedoeld om instellingen te testen. Hiervoor gebruiken we een afzonderlijke weergave om er zeker te van te zijn dat de data niet stuk gaat door de implementatie ervan. (Google Analytics data kan namelijk niet meer veranderd worden)
Master weergave (gefilterde data, waarmee je dagelijks werkt): Deze weergave gebruik je dagelijks om mee te werken en is dus de weergave met de relevante data. De instellingen zijn doorgaans identiek aan de test weergave. Tip: maak dit je standaard weergave onder beheerder > property-instellingen > standaard weergave
Tip 11: Gebruikersrechten op verschillende niveaus
Wil je iemand toegang geven tot je Google Analytics? Ga dan naar beheerder (het tandwiel linksonder) en klik op gebruikersbeheer. Je kan iemand toegang geven op verschillende accountniveaus binnen je Google Analytics account (account-, property- of weergaveniveau).
Ook kan je verschillende rechten toekennen aan een gebruiker:
Gebruikers beheren: Kan gebruikers toevoegen en verwijderen en gebruikersrechten wijzigen
Bewerken: Kan accounts, property’s, filters, doelen en meer maken en bewerken. Kan geen gebruikers beheren
Samenwerken: Kan gedeelde items (zoals dashboards of annotaties) maken en bewerken.
Lezen en analyseren: Kan rapport- en configuratiegegevens bekijken
Tip 12: Aangepaste meldingen instellen
Het is mogelijk om automatische meldingen in te stellen, zodat je altijd op de hoogte bent van een wijziging in de websitestatistieken. Hiervoor kan je voorwaarden opgeven waarover je gewaarschuwd wilt worden. Op het moment dat aan die voorwaarden wordt voldaan, ontvang je een e-mail met een melding.
Om dit te doen ga je naar de beheerdersomgeving (het tandwiel linksonder) en naar Aangepaste meldingen onder de derde kolom Weergave.
Ga alvast aan de slag met de volgende essentiële aangepaste melding:
- 0 bezoekers op de website; hoogstwaarschijnlijk is er dan iets mis met het meetscript van Google Analytics. Als dit zich voordoet, kan je direct een melding maken bij je websitebouwer.
Tip 13: Annotaties toevoegen voor meer overzicht
Met annotaties kun je belangrijke gebeurtenissen meten in de tijdlijn van je Google Analytics, om de oorzaken van grote veranderingen (pieken of dalen) achteraf eenvoudig kunt achterhalen.
Wanneer kun je een annotatie toevoegen? Zie hieronder enkele voorbeelden:
- Bij het versturen van een nieuwsbrief
- Aanpassingen in je Google Analytics instellingen, zoals het uitsluiten van je IP
- Als je begonnen bent met adverteren
- Bij het lanceren van een offline radio campagne
- Bij het lanceren van een nieuwe website
Een annotatie aanmaken doe je onder de tijdlijn van je Google Analytics en door te klikken op +nieuwe annotatie aanmaken.
Hopelijk kun je met deze tips weer een aantal stappen zetten om meer uit Google Analytics te halen in minder tijd. We hebben deze blog deels geschreven op basis van de workshops over Google Analytics. Wil jij gericht meer leren over het werken met Google Analytics? Meld je aan voor een van onze workshops!